Visserij Ontwikkel Plan: 80 miljoen euro voor vijf visserijregio's

ongeveer 2 maanden geleden gepubliceerd

Het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft vorig jaar 30 miljoen euro beschikbaar gesteld voor de transitie van de visserijsector. Deze middelen zijn bedoeld om bedrijven en gemeenschappen die getroffen worden door de veranderingen in de Noordzeevisserij te ondersteunen. Het Bestuurlijk Platform Visserij heeft in samenwerking met vijf visserijregio’s het Visserij Ontwikkel Plan (VOP) opgesteld. Door cofinanciering van de betrokken partijen in de regio’s wordt in totaal 80 miljoen euro geïnvesteerd voor toekomstbestendige visserij.

De impact van de veranderingen

De gedeputeerde van de Provincie Zeeland en voorzitter van het Bestuurlijk Platform Visserij, Jo-Annes de Bat, benadrukt dat de veranderingen in de sector grote gevolgen hebben voor de visserijgemeenschap. De hele keten wordt getroffen, van vissers en hun gezinnen tot afnemers, transporteurs, winkels, restaurants en consumenten. Het VOP is daarom bedoeld om de visserijsector een impuls te geven richting een duurzame toekomst.

Wat houdt het Visserij Ontwikkel Plan in?

Het VOP beschrijft hoe de miljoenen in de vijf visserijregio’s worden besteed. Elke regio heeft een eigen deelplan met specifieke ambities en mogelijkheden. Er worden ook twee bovenregionale deelplannen ontwikkeld rond vernieuwing in het visserij-onderwijs en de beleving van de Nederlandse visserijcultuur.

Hollandse Haringkust

Een van de regio’s is de Hollandse Haringkust, bestaande uit IJmuiden, Scheveningen en Katwijk. Hier wordt gestreefd naar een duurzame toekomst voor de brede visserijsector. De middelen voor deze regio worden ingezet voor de clustering van afslag, handel en verwerking, en het versterken van de afslagen in Scheveningen en IJmuiden. Ook wordt er ingezet op ‘Seafood Central Holland’ als centrum voor innovatie en de beleving van de Nederlandse visserij-identiteit.

Vervolg

De komende maanden worden de afspraken in het VOP geformaliseerd. Het ministerie zal daarna de rijksmiddelen via de regionale partners beschikbaar stellen voor de uitvoering van de projecten.